De digitale vraagbaak voor het wiskundeonderwijs

home |  vandaag |  gisteren |  bijzonder |  gastenboek |  wie is wie? |  verhalen |  contact

HOME

samengevat
vragen bekijken
een vraag stellen
hulpjes
zoeken
FAQ
links
twitter
boeken
help

inloggen

colofon

  \require{AMSmath}

Reageren...

Re: Re: Integreer f

Ik heb moeite met het oplossen van deze oefening, ik heb geen idee hoe eraan te beginnen, ik hoop dat jullie me kunnen helpen, Alvast bedankt!

In een bepaald economisch model beschrijft men de verbanden tussen vier eco- nomische grootheden, x,y,u en v. Aan de hand van twee vergelijkingen:

x+f(y,u,v,) = 5 (·)
g(x+y,u) - 7v = 3 (·)

Hierin zijn f:$\mathbf{R}$3 $\to\mathbf{R}$ en g: $\mathbf{R}$2 $\to\mathbf{R}$ functies met contunue partiele afgeleiden.
Een expliciet functievoorschrift voor f en g heeft men niet. Uit economische overwegingen weet men wel dat

D1f(r,s,t) $>$ D2f(r,s,t) $>$ D3f(r,s,t) $>$ 1 voor alle r,s,t element van $\mathbf{R}$3

D2g(s,t) $<$ D2g(s,t) $<$0 voor alle s,t element van $\mathbf{R}$2

De variabelen u en t kunnen als exogeen beschouwd worden; de variabelen z en v zijn endogeen. We vatten (·) dus op als een stelsel voor x en y met u en v als parameters. Veronderstel dat de huidige waarde van de vier grootheden gegeven wordt door (x·,y·,u ·,v ·), een viertal dat dus voldoet aan (·).

a) Argumenteer nauwkeurig (op basis van de impliciete functiestelling) waarom het stelsel (·), voor waarden van u en v die dicht genoeg liggen bij u · resp. v·, een unieke oplossing (x,y) in de buurt van (x·,·) heeft.

b)Uit het vorige volgt dat de endogene grootheden x en y eenduidig functie zijn van de exogene variabelen u en v (althans voor waarden van u env in de buurt van u· resp. v·. Veronderstel nu dat u stijgt en dat v constant blijft. Onderzoek wat er dientengevolge met x zal gebeuren. Zal de grootheid x stijgen of dalen?

Antwoord

a) Lees de formulering van de stelling nog eens goed.
De gegeven vergelijkingen zien er uit als $F_1(x,y,u,v)=5$ en $F_2(x,y,u,v)=3$. Je moet de Jacobiaan van de functie $(F_1,F_2)$ opschrijven:
$$
\left(\begin{array}{cccc} D_xF_1& D_yF_1 & D_uF_1 &D_vF_1\\
D_xF_2& D_yF_2 & D_uF_2 &D_vF_2\end{array}\right)
$$die partiële afgeleiden kun je uitdrukken in $D_1f$, tot en met $D_2g$. Controleer dan dat de $2\times2$-matrix die bij de kolommen met $D_x$ en $D_y$ hoort inverteerbaar is (de determinant is $D_1g(1-D_1f)$).
b) De stelling geeft ook een formule voor $\frac{\partial x}{\partial u}$:
$$
\frac{D_2f\cdot D_1g-D_1f\cdot D_2g}{D_1g\cdot(D_1f-1)}
$$met de gegevens kun je nu bepalen of die afgeleide positief of negatief is.

Gebruik dit formulier alleen om te reageren op de inhoud van de vraag en/of het antwoord hierboven. Voor het stellen van nieuwe vragen kan je gebruik maken van een vraag stellen in het menu aan de linker kant. Alvast bedankt!

Reactie:

Klik eerst in het tekstvlak voordat je deze knopjes en tekens gebruikt.
Pas op: onderstaande knopjes en speciale karakters werken niet bij ALLE browsers!


áâæàåãäßçéêèëíîìïñóôòøõöúûùüýÿ½¼¾£®©




$\mathbf{N}$ $\mathbf{Z}$ $\mathbf{Q}$ $\mathbf{R}$ $\mathbf{C}$
Categorie: Integreren
Ik ben:
Naam:
Emailadres:
Datum:18-5-2024